woensdag 17 augustus 2011

Aan de schandpaal en bekogelen!


Ik ben laaiend, de stoom komt uit mijn oren en als ik degene te pakken krijg die dit geflikt heeft, dan sta ik niet voor mezelf in! Driftig bezem ik door, de glassplinters liggen echt overal. Als ik er alleen al denk, dat ik vannacht ook wakker had kunnen worden en de dader op heterdaad had kunnen betrappen, verstrakt de grip op de bezemsteel. In gedachten zwaai ik het gevaarte door de lucht, bovenop zijn hersenpan. Pang, beng! Languit gestrekt, nog even een flinke trap in het kruis en dan 112 bellen. Of niet...
Het is even over achten vanmorgen als de voordeurbel gaat. Ik sta achter Kriene's fiets klaar te maken, mijn lief gaat zo voor het eerst sinds lange tijd weer op de fiets naar het werk en er moet wat lucht in de banden. Voor de deur staat overbuurvrouw De Voorzitter. "Jullie autoruit is ingetikt" zegt ze. Nee toch! Ja toch wel, zie ik als ik even later op blote voeten tussen de glasscherven naast ons Mannetje sta. Het raam aan de bestuurderskant met grof geweld ingetikt en de het navigatiesysteem weg!
Tuurlijk, het had niet achter moeten blijven in de auto, ik hamer er steeds op dat t ding uit het zicht moet. Maar toch, waar haal je het gore lef vandaan om onze Bernard te jatten? Hoe haal je het in je botte domme rotkop om onze auto te vernielen? Om met een forse uithaal de ruit in te rammen en een snelle greep te doen? De navigatie met verdeelsnoer los te rukken, een telefoonlader op straat te flikkeren, en er vandoor te gaan op je kutbrommertje?
Want je moet op een brommertje gekomen zijn. Dat begrijp ik van de hoogbejaarde buurvrouw. Die hoorde je vannacht om een uur of één langsrijden en stoppen. Haar gehoorapparaat lag op het nachtkastje, maar ze hoorde wel iets. Helaas ging ze niet even kijken. Dan had ze mij kunnen waarschuwen. Want ik had je te grazen genomen. Bang ben ik niet voor je, dat kan je maatje, die vorig jaar hier tegenover probeerde in te breken, je wel vertellen. Die ging uiteindelijk ook geboeid en gestrekt de politiewagen in. 


De verontwaardiging is heel sterk als ik, glasscherf voor glasscherf opveeg op straat. En blijft als de politie verschijnt. Veel doen ze niet, vaststellen dat er inderdaad een ruit is ingetikt, wat gegevens noteren en wat advies geven. De aangifte, noodzaak in de wereld van de schadeverzekeringen, is een dezer dagen op het bureau op te halen. In Oost-Textielstad, want van dat bureau zijn de heren. Misschien ligt de aangifte vandaag klaar, maar "als we nog vier van zulke zaakjes hebben, kunnen we dat natuurlijk niet verwerken..."
Kriene gaat bellen met verzekeringsboeren en glasschadeherstellers terwijl ik de auto schoon zuig. Glasstukjes, sommigen minuscuul groot, echt overal zitten ze. Ik haal mijn vinger open en ben ruim een half uur aan het schoonmaken. De woede daalt niet. Ik ben inmiddels, met mijn 44 jaren, wel wat gewend. Meerdere keren bedreigd, heb een kopstoot kunnen ontwijken, ben knock-out geslagen met een baseballbat, bestolen van meerdere fietsen en een dongel (in de rechtbank), heb ternauwernood een vuurwerkramp overleefd en werk al meer dan 13 jaar in de wereld van de misdaad. Toch maakt het niet uit, de verontwaardiging blijft.
Snap slachtoffers heel goed, begrijp precies dat Tutti Italia camerabeelden online wil zetten van inbrekers, vat m helemaal waarom die ene ondernemer die betrapte inbreker volledig total loss sloeg. Al 13 jaar spreek en hoor ik slachtoffers van misdrijven over hun woede en voel er soms heel erg in mee. De rode waas is heel begrijpelijk. Ik begrijp ook onze wetgever die zegt dat eigenhandig optreden niet toelaatbaar is. Natuurlijk, we zouden in een anarchie leven als het wel zo was. Ondanks dat zie ik deze onverlaat het liefst op de rotonde, hier om de hoek. Stevig vastgeklonken in een schandpaal, bord om de nek en een doos rotte tomaten ernaast. Gooien maar! Niet lief doen met een weloverwogen strafje, maar keihard optreden.
Dat is me die 100 plus euro, die dit geintje waarschijnlijk gaat kosten aan eigen bijdragen en meer, wel waard. Sukkel!

Ondertussen is duidelijk dat de aangifte klaar ligt om getekend te worden. Even na tweeën rinkelt de telefoon. Ik wil direct op de fiets springen om naar het wijkbureau Oost te gaan, maar krijg te horen dat de openingstijden tussen tien en één uur zijn. Zucht.

2 opmerkingen:

  1. Been there, mijne werd op 5 december eruit gejat. Ik troost mezelf met de gedachte dat iemand dus een tweedehandse niet gebruiksvriendelijke Garmin voor sinterklaas heeft gekregen.

    BeantwoordenVerwijderen