woensdag 23 mei 2007

achter het hek



In de Beschuitsstadse rechtzaal draait een mevrouw door, ze wil naar huis. Haar vriend wil ook dat ze weer thuis komt, haar messteek in zijn hartstreek was "maar een schammetje die hij zelf met een pleistertje heeft dichtgeplakt". Om twee uur mag ze naar "buiten", maar dat is niet haar idee van juiste oplossing. "At ie mie vandog nie loat goan dan hang ik mien vannach nog op" brult ze naar de rechters. Die zijn daar weinig van onder de indruk. Ik ook en besluit maar te wachten met het schrijven van een berichtje over de zaak. De eventueel te verwachten ophanging is nog het meest spectaculaire aspect van deze zaak, een ruzie tussen twee alcoholische lovers.
Maar het kost wel veel tijd, net als de zaak erna, een Christendorpse schaapherder die zijn vrouw midden in de nacht van de trap afduwt en haar daarna nog wat rondsleept met een handdoek om de nek. Oorzaak? Mevrouw had een stiekeme relatie, maakte de scheiding bekend waarna de herder een kistje met compromitterende foto's en video's van zijn vrouw met haar nieuwe lover en nog een dame vond. "Ik drukte de handdoek tegen haar grote mond en toen viel ze van de trap" aldus de beste man.
Dan begint de klok al aardig door te draaien, we naderen het tijdstip dat de gemiddelde ambtenaar huiswaarts keert en er staan nog twee zaken. Op de gang ontmoet ik Est-her D., officier van justitie bij het fraudeteam NONL, de enige justitiemedewerkster die ik ooit met Doc Martin's aan heb gezien. Lang niet gezien, leuk mens. Ik tip haar over de volgende zaak, de bommelding bij een Provinciehoofdstadse rechter-commissaris. Leuke zaak lijkt mij, een verdachte die in het beveiligde deel van de P-stadse rechtbank wist door te dringen en vertelde dat er een bom onder de stoel van de RC lag. Niet wijs natuurlijk de bovenstebeste man, maar wat geeft het. De zaak loopt spaak als de Beschuitsstadse rechtbank besluit dat ze niet bevoegd is om over de zaak te oordelen.
Het is inmiddels opnieuw een uur later als de laatste verdachte van de dag binnen gebracht wordt. Een Oostblokkistani die betrokken was bij de illegale sigarettenfabriek in Industriestad, nu alweer twee jaar geleden. Est-her D. is in haar element, de raadsman van de Oostblokkistani is een lastig Grachtengordels portret en werpt haar het ene na het andere verwijt voor de voeten. Est-her vertrekt geen spier en laat de man praten. Zo zijn we weer bijna anderhalf uur verder als blijkt dat de verzoeken van de beste advocaat grotendeels afgewezen worden. Zijn cliƫnt blijft vastzitten, de internationale wetgeving waarbij verdachten in hun land van herkomst in voorarrest mogen is nog jarenver weg, als het er ooit van komt.
Ik werp een blik op de klok en zie dat ik nog precies tien minuten heb om mijn trein te halen. Rennen dus. Ook dat stuit op bezwaren als blijkt dat alle deuren en hekken op slot zitten. De minuten tikken weg als er gezocht wordt naar een sleutelbos en een bode. Dan gaat de boel open en haal ik op het nippertje en buiten adem mijn trein. Naar huis, naar huis, ik heb trek en dorst na meer dan zes uur achtereenvolgende zitting.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten