Op het station knipperde de mededeling "verwacht mogelijke vertragingen i.v.m. bladeren op de rails". Een poging van de IJzeren Spoorweg Mij. om alle vertragingen van de aankomende tijd af te schuiven op het feit dat er één keer per jaar wat blaadjes van de bomen vallen. Dus of ons land echt klaar is voor de verwachte storm weet ik niet.
Vroeger hadden treinen daar een simpele oplossing voor. Een strooiding met zand voor de aandrijfwielen en alle gladheid was verleden tijd. Maar dat is natuurlijk ouderwetsigheid uit de tijd dat een computer echt niet meer was dan een collectie grijze hersencellen in de schedel en een eventueel telraam.
Vroeger hadden treinen daar een simpele oplossing voor. Een strooiding met zand voor de aandrijfwielen en alle gladheid was verleden tijd. Maar dat is natuurlijk ouderwetsigheid uit de tijd dat een computer echt niet meer was dan een collectie grijze hersencellen in de schedel en een eventueel telraam.
Ondertussen kreeg ik vanmorgen een voorproefje van de storm op mijn eigen schedeldak. Onderweg naar het station barst er boven mijn hoofd een flinke plensbui los. Ik heb gelukkig de foeilelijke bedrijfsjas aan en die is waterdicht. Toch is het nat en koud. En ben ik beter weer gewend.
Het is ook lullig als even later vanuit de trein zie dat ik precies in de bui naar het station ben gereden. Naarmate ik verder de stad uit trein, hoe duidelijker het wordt. In Industriestad schijnt de zon, zijn de straten aan het opdrogen. Dan kom ik in Beschuitstad aan. De eerste vijftig meter zijn droog. Dan barst het weer los.
Hoe lang zou het nog duen voordat het lente is?
Hoe lang zou het nog duen voordat het lente is?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten