maandag 23 februari 2009

bijzonder


Wetboek van Strafvordering Artikel 16 - Indien de verdachte aan een zodanige gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens lijdt, dat hij niet in staat is de strekking van tegen hem ingestelde vervolging te begrijpen, schorst de rechter de vervolging, in welke stand zij zich ook bevindt. - Zoodra van herstel van den verdachte is gebleken, wordt de schorsing opgeheven.

Een bijzondere zaak vanmorgen voor de rechtbank in Beschuitstad. Twee jongens uit de regio worden verdacht van een mishandeling van iemand in een hotel in een buitenlandse badplaats. Vervolging voor een feit aan de andere kant van een grens? Ik voel het aan mijn water dat hier iets gaat gebeuren en besluit op pad te gaan.
Ik heb niet mis gegokt blijkt direct als de zaak begint. Er zijn veel complicaties. Een van de verdachten is vorig jaar met zijn auto verongelukt en ligt sinds een paar maanden in het Koos Albertsverpleegcentrum alhier. Hij heeft zo'n zware hersenbeschadiging dat hij niets meer weet van de laatste zes jaar. Daarnaast werkt zijn korte termijn geheugen niet meer aldus zijn moeder die naar de zitting is gekomen.
Ze heeft plaats genomen in het verdachtenbankje omdat ze haar zoon vertegenwoordigd. Vol berusting wacht ze af wat er komen gaat, ze heeft duidelijk andere zorgen. Rechter Ikhebeengroterekenmachine opent de discussie met de opmerking dat hij denkt aan een bijzondere juridische maatregel, die van artikel 16.
Officier van justitie Euheuh wil de zaak afdoen, de zaak afstrepen van de lijst openstaande zaken. kan meteen de melding door naar justitie in het buitenland, klaar. Politierechter Ikhebeengroterekenmachine werpt Euheuh voor de voeten dat de zaak afdoen onwettig is en blijft bij zijn oorspronkelijke plan. Hij is er duidelijk trots op, zo vaak komt het niet voor. Hij werpt nog eens een blik mijn kant op (de krant is nergens te bekennen) en legt uit waarom hij de vervolging gaat schorsen.
Dan is de volgende verdachte aan de beurt. Ook aan zijn zaak kleven de nodige bezwaren. De man is na het incident in het hotel door de buitenlandse politie gehoord en heeft volgens het dossier een bekenende verklaring afgelegd. Aldus de vertaling van de oorspronkelijke stukken. De man zegt dat hij nooit heeft bekend, hij was er niet eens bij toen het gebeurde en heeft zelf de politie ingeschakeld toen hij hoorde van het gedrag van zijn medeverdachte. Op het bureau werd hij plots als verdachte gehoord zonder tolk en zonder raadsman, een duidelijke schending van zijn rechten.
Officier Euheuh komt tot een snelle conclusie. Wat hem betreft is er alle bewijs dat de vriend zonder geheugen de mishandeling heeft gepleegd en de man niet. Dat verklaren ook de slachtoffers als ze later door een rechter in Martinitorenstad gehoord worden. Vrijspraak dus. dan is de raadsman aan het woord. Hij heeft een knots van een pleidooi voor zich, een lading getuigenverzoeken, maar wordt onderbroken door de rechter. "Meneer de raadsman ik kan u wel aangeven waar mijn gedachten naar uitgaan, als u mij begrijpt". De advocaat snapt het direct en houdt het enakortste pleidooi dat ik ooit hoorde. "Ik verzoek u om mijn cliƫnt vrij te spreken".
Op de gang vliegt de moeder van de verongelukte verdachte de vrijgesprokene om de nek. Beiden zijn opgelucht.

Ik tik snel een bericht en sta even later in de kou buiten om het te verzenden. Beschuitstad heeft nog steeds een UMTS-gat. Brr.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten